Configuratie
Last updated
Was this helpful?
Last updated
Was this helpful?
Onder het kopje Basic config van tab Configuration vindt u de volgende instellingen:
Om de overstagfunctie in windmodus correct te laten werken, moet uw windmeter goed zijn uitgelijnd. Vaar op de motor recht tegen de wind in en controleer de gemeten windrichting. Indien deze afwijkt van de werkelijkheid, kunt u de wind offset hier aanpassen.
Met deze instelling bepaalt u hoe snel de drive versnelt naar de maximale snelheid. Een hogere waarde zorgt voor een snellere reactie, een lagere waarde voor meer geleidelijke beweging.
Bepaalt de afstand die de drive beweegt bij het kiezen van een enkele pijltoets. Ideaal voor kleine handmatige stuurcorrecties in Standby-modus.
Bepaalt de afstand die de drive beweegt bij het indrukken van een dubbele pijltoets. Geschikt voor grotere handmatige stuurbewegingen.
Standaard wordt de TillerDrive aan stuurboord gemonteerd. Indien u de drive aan bakboord heeft gemonteerd, dient u deze instelling te activeren. Het systeem corrigeert hiermee de stuurrichting automatisch.
Schakel deze optie in als u een extern kompas gebruikt. De gegevens van het interne kompas worden dan genegeerd, en alleen de waarden van het externe kompas worden gebruikt voor koersbepaling.
Bepaalt of de autopilot in APB-modus stuurt op de koers naar het waypoint (bearing to destination) of op de voorgestelde stuurkoers (heading to steer) uit de NMEA APB-zin.
Aan → stuurt op koerslijn naar waypoint
Uit → volgt stuuradvies van plotter/navigatie
Activeert of deactiveert het geluidssignaal dat via de browser wordt afgespeeld bij alarmmeldingen.
Hiermee kunt de richting pijltjestoetsen op de Controlhead omdraaien.
Onder het kopje Advanced config van tab Configuration vindt u de volgende instellingen, welke alleen van toepassing zijn op de MotorController Advanced:
Hier stelt u het maximaal toelaatbare stroomverbruik in van de Motorcontroller. Bij overschrijding van deze waarde zal de Motorcontroller blokkeren. Bij Actual kunt u het actuele stroomverbruik zien.
Stelt het waarschuwingsniveau in als percentage van Servo max current, bijv. 90%. Bij overschrijding van dit stroomverbruikniveau geeft het systeem een waarschuwing, voordat de MotorController zichzelf uitschakelt ter bescherming. Dit werkt alleen bij een waarde onder de 100%.
Indien u gebruikt maakt van een Clutch kunt u hiermee de juiste (minimale) PWM-waarde instellen, om het stroomverbruik drastisch te verlagen.
Hiermee kunt u het gebruik van een Brake in- / uitschakelen.
Hiermee kunt u het gebruik van een End switches in- / uitschakelen.
Hier stelt u de maximaal toelaatbare temperatuur in van de Motorconroller. Bij overschrijding van deze waarde zal de Motorcontroller blokkeren. Bij Actual kunt u de actuele temperatuur zien.
Hier stelt u de maximaal toelaatbare temperatuur in van de Motor. Bij overschrijding van deze waarde zal de Motor blokkeren. Bij Actual kunt u de actuele temperatuur zien.